Hoe werkt de gemeente
Als inwoner komt u op allerlei manieren met de gemeente in aanraking. De gemeente zorgt er bijvoorbeeld voor dat uw vuilnis wordt opgehaald. U kunt bij de gemeente een vergunning aanvragen voor de bouw van een dakkapel, u kunt uw paspoort of rijbewijs verlengen en u gaat naar de gemeente voor de aangifte van de geboorte van een kind. De gemeente beslist dus over veel zaken. Hierbij hoort de gemeente iedereen gelijk te behandelen.
Het gemeentebestuur
Maar wie neemt nu eigenlijk de besluiten? Het antwoord op die vraag is: het gemeentebestuur.
De gemeenteraad en het college van Burgemeester en Wethouders (college van B&W) vormen samen het gemeentebestuur. Allen hebben zo hun eigen bevoegdheden, welke ontleend zijn aan de Gemeentewet. De gemeenteraad staat aan het hoofd van de gemeente en is dus de baas. De gemeenteraad benoemt wethouders, die samen met de burgemeester het college vormen.
Tijdens de gemeenteraadsverkiezingen gaat u dus kiezen wie de nieuwe baas wordt in de gemeente.
De gemeenteraad
De gemeenteraad bepaalt het beleid op hoofdlijnen en neemt de belangrijkste beslissingen. Vervolgens controleert de raad of het college de gestelde doelen ook haalt. De raad wordt daarbij ondersteund door de raadsgriffier. De burgemeester is voorzitter van de gemeenteraad. Wethouders zijn niet tegelijkertijd raadslid.
De gemeenteraadsverkiezingen bepalen de samenstelling van de gemeenteraad. Na de verkiezingen onderhandelen de politieke partijen over een collegeprogramma en welke partijen wethouders voor het college gaan leveren.
Het college van Burgemeester en Wethouders
Het college, dat bestaat uit de burgemeester en de wethouders, zorgt voor het dagelijks bestuur in de gemeente. Het college verzorgt de uitvoering van de besluiten die de gemeenteraad neemt. Het college neemt veel praktische beslissingen. Het college wordt daarbij ondersteund door de gemeentesecretaris. De burgemeester is voorzitter van het college.
De gemeentesecretaris
De gemeentesecretaris is de algemeen directeur van de gemeente. Hij leidt de gemeentelijke organisatie, de ambtenaren. Hij/zij moet het management motiveren en ervoor zorgen dat medewerkers optimaal presteren. Hij adviseert het college van burgemeester en wethouders en vertaalt politieke ambities van de partijen in uitvoerbare plannen. Hij is de schakel tussen wat het bestuur wil en de ambtelijke organisatie kan.
De burgemeester
De burgemeester wordt bij Koninklijk Besluit benoemd voor een periode van zes jaar. De burgemeester is voorzitter van de gemeenteraad. Hij/zij mag wel meedoen met de discussie, maar heeft geen stemrecht. De burgemeester is ook voorzitter van het college. Daar is de stem van de burgemeester zelfs doorslaggevend.
Naast de gezamenlijke taken en bevoegdheden met het college heeft de burgemeester ook eigen bevoegdheden. Zo is de burgemeester belast met de handhaving van de openbare orde en kan daartoe eventueel noodbevelen afgeven.
Daarnaast heeft de burgemeester een aantal toezichthoudende functies.
De ambtenaren
De gemeentelijke organisatie heeft drie taken: dienstverlening, maatschappelijke zaken en ruimtelijke zaken.
Eigenlijk kun je stellen dat de ambtenaren een uitvoerende taak hebben: wat de gemeenteraad besluit moet via het college door de ambtenaren worden uitgevoerd.
Wat kan er dan fout gaan?
In tegenstelling tot wat veel mensen denken, is de burgemeester dus niet de baas van de gemeente. De gemeenteraad neemt de beslissingen, die geeft een opdracht aan het college, de burgemeester en de wethouders, die op hun beurt de ambtenaren aan het werk moeten zetten om dat uit te voeren.
Wanneer kan het dan fout gaan ? Het kan fout gaan als ambtenaren de opdracht gewoon niet uitvoeren, omdat er te weinig controle is. Of als een wethouder niet sterk genoeg is om weerwoord te geven, en zich te veel laat sturen door de ambtenaren, zodat de rollen omgedraaid worden. Dat is een ongewenste situatie, omdat ambtenaren niet democratisch gekozen zijn door de inwoners van een gemeente.
Daarom is het van essentieel belang, dat er een gemeenteraad met een breed draagvlak en voldoende kennis van zaken een college met sterke wethouders kan aansturen, die op haar beurt de ambtenaren opdracht kan geven de besluiten uit te voeren. Met een sterke controle door de raad zal een gemeente dan op een behoorlijke manier bestuurd kunnen worden, zoals dat gewenst is door de inwoners.